Professor Marianne Riksen-Walraven benoemt 6 interactievaardigheden die bijdragen aan een goede relatie tussen kind en medewerker. Een aantal voorbeelden hiervan zijn het respect hebben voor autonomie, sensitief responsief zijn of structuren geven aan een kind.
Sensitieve responsiviteit
In dit artikel gaan we dieper in op de sensitieve responsiviteit. Dit betekent dat je als volwassene op een positieve manier duidelijk je betrokkenheid laat blijken bij wat een kind doet en ervaart (troosten, complimenten geven, aanmoedigen, interesse tonen).
We laten je zien hoe we bij Kindergarden sensitieve responsiviteit in alle daagse momenten toepassen:
Voorbeeld 1
Jade (10 maanden) zit lekker in de poppenhoek te spelen maar wil opeens graag even aandacht hebben, zoals deze kleintjes dat nodig hebben op deze leeftijd. Nadia (pedagogisch medewerker) is echter een ander kindje aan het verschonen dus kijkt ze Jade aan en spreekt haar rustig toe dat ze nu even bezig is en dat ze zo naar haar toe zal komen.
In dit voorbeeld zie je dat de pedagogisch medewerker sensitief in gaat op het signaal van het kind en als de medewerker niet direct naar het kind toe kan dat het dan met oogcontact en stemgebruik uitlegt waarom het nu even niet lukt. Een kind weet dan waar het aan toe is.
Voorbeeld 2
Kian (3 jaar) is gevallen en moet huilen van de schrik. Ellen (PM) reageert direct door de situatie en zijn emotie te benoemen: “Oh lieverd, ik zie dat je bent gevallen en verdrietig bent, ik snap dat je moet huilen want vallen doet pijn”. Daarbij gaat ze met een open houding op haar hurken zitten zodat Kian naar haar toe kan komen als hij een knuffel nodig heeft.
In dit voorbeeld zie je dat de pedagogisch medewerker geborgenheid aan een kind geeft, zodat het zich begrepen, geaccepteerd en veilig voelt.
Voorbeeld 3
Pedagogisch medewerker Deborah staat op het schoolplein de kinderen te verzamelen, ze ziet Olle (5 jaar) met vermoeide oogjes op haar afkomen. Ze gaat op haar knieën zitten en vraagt hoe zijn dag was. Olle antwoord dat hij heel moe is. Deborah geeft hem een aai over z’n bol en vertelt dat als ze straks op de BSO zijn ze lekker kunnen uitrusten met een kopje thee en een koekje.
Hierin zie je dat Deborah een nieuwsgierige, liefdevolle en positieve basishouding aanneemt richting het kind en daarbij inspeelt op zijn behoeftes.
Veiligheid staat centraal
Zoals je aan de voorbeelden ziet is veiligheid een belangrijk begrip in de omgeving van een kind. Elk kind heeft er behoefte aan om zich zowel fysiek als emotioneel veilig te voelen. Als volwassene kun je een grote bijdrage leveren aan die veiligheid wanneer je de signalen van kinderen goed begrijpt (sensitief) en er op een positieve manier op reageert (responsief).
Dus wanneer je als volwassene laat blijken dat je de signalen begrijpt, voelt een kind zich gezien, gehoord en begrepen in zijn behoeften. Deze basis voor zelfvertrouwen wordt gelegd en een kind leert zo vertrouwen in anderen.
Misschien ook interessant voor jou...
-